We zitten verscholen tussen de duinen die ons beschermen tegen de woede van de wind. Ze heeft haar hoofd op mijn schouder gelegd, ik heb mijn arm om haar heupen. Ik zeg haar dat ik niets van het leven begrijp en evenmin wat van de liefde weet. Ze antwoord dat ik verdriet en hoop ken, en ik wil haar vertellen dat er meer is maar ze legt haar vinger op mijn lippen, kust me dan en zegt dat dat het enige is wat ik van liefde hoef te weten.
We staan midden in een drukke winkelstraat, om ons heen lopen meisjes en vrouwen met volle tassen, jongens met afgezakte broeken die naar hen joelen, maar het is alsof we in een zeepbel zijn, we maken er geen deel van uit. Haar ogen lopen over van de tranen en ik vraag waarom ze huilt. Ze roept dat ik het niet zal begrijpen en ik wil haar handen pakken en strepen over de lijnen trekken maar ze duwt me weg. Haar schouders schokken als ze zich omdraait en de zeepbel spat in duizend kleuren uit elkaar.
We zijn in de woonkamer, ze heeft haar hoofd gebogen en frunnikt met haar vingers, ik schreeuw dat ze echt niet elke keer bij mij voor de deur kan staan als ze me nodig heeft en dat ze eens moet ophouden met haar zielige verhalen, dat zíj degene is die telkens wegloopt en dat ze dat nu weer mag doen. Ze snikt dat ze het niet zo bedoeld heeft maar ik luister al niet langer.
We liggen verscholen tussen de duinen die ons met hun schaduwen beschermen tegen het felle zonlicht. Ze heeft haar hoofd op mijn schouder gelegd en mijn arm rust om haar heupen. Ik zeg haar dat ik nog steeds niet van het leven begrijp maar dat ik al iets meer van liefde weet. Ik kus haar haren, haar voorhoofd, haar lippen, ze lacht en probeert me zachtjes weg te duwen, geeft het dan op en kust me terug.
Wauw mooi geschreven!!
BeantwoordenVerwijderenLeuke blog heb je trouwens!
Kom je ook een keer op mijn blog kijken?
ik ben benieuwd wat je ervan vind;)
liefsx
www.littlewriterwrote.blogspot.com